China, een groot land
In China wonen bijna 1,3 miljard mensen. Dat zie je in de steden: er zijn veel hoge flatgebouwen en de straten zijn propvol met fietsers. Daarom wil de regering dat gezinnen niet meer dan één kind hebben. Anders is er straks niet genoeg plaats meer voor iedereen.
China heeft veel verschillende steden en landschappen. De meeste mensen wonen in het oosten, langs de kust. Daar ligt ook de hoofdstad Peking. Er staan moderne gebouwen van de regering, maar ook de paleizen van de vroegere keizers. Midden in Peking ligt het Plein van de Hemelse Vrede. Dat is misschien wel het grootste plein ter wereld.
Een andere stad is Sjanghai, duizend kilometer zuidelijker. Het is een grote havenstad aan de Gele Rivier. Die rivier is zo breed dat je de overkant nauwelijks kunt zien. Hongkong ligt nog zuidelijker. Deze stad hoorde heel lang bij Groot-Brittannië. Sinds 1997 hoort Hongkong bij China, maar de stad heeft wel een eigen regering. Er zijn veel belangrijke bedrijven en kantoren in grote glimmende wolkenkrabbers.
Het midden en westen van China zijn anders. De mensen zijn er armer. Ze zijn meestal boer en verbouwen bijvoorbeeld rijst. Rijst heeft veel water nodig. Dat halen de boeren via pijpleidingen uit de rivieren. Het werk op een rijstveld is zwaar door de modder en de hete brandende zon. Veel boeren trekken tegenwoordig naar de grote steden. Ze hopen daar een beter leven te vinden, maar meestal lukt dat niet.
China was 2000 jaar geleden al een belangrijk land. De Chinese keizer beschermde zijn land tegen dieven door een 2500 kilometer lange muur te laten bouwen: de Chinese muur. Deze muur is zo groot, dat je hem vanaf de maan kunt zien.
China werd vroeger geregeerd door keizers. Honderd jaar geleden kwamen de Chinezen in opstand. Ze wilden geen keizer meer. Het land werd een republiek, het staatshoofd werd nu gekozen. In 1949 kwamen de communisten aan de macht. De belangrijkste leider was Mao Zedong, hij overleed in 1976.
Maak jouw eigen website met JouwWeb